-
29 oktober
- Onderzoekend
-
Uitgelicht
Fontys professionaliseert de registratie van onderzoeksinformatie
Stel, een journalist schrijft een artikel over een maatschappelijk relevant onderwerp. Hij kruipt achter zijn pc en gaat op zoek naar een gezaghebbende onderzoeker die hem meer over dat onderwerp kan vertellen. Een type Marjon Koopmans, zeg maar. De kans dat hij dan uitkomt bij een Fontys onderzoeker, is op dit moment niet heel groot. De reden: er is nog geen centrale database met alle informatie over Fontysonderzoeken.
First things first. Wat is onderzoekinformatie? Dat is alle informatie over een onderzoek die relevant kan zijn: wie zijn de onderzoekers, waar werken ze, aan welke onderzoeken hebben ze meegewerkt, welke aan hun werk gerelateerde prijzen hebben ze gewonnen en welke artikelen hebben ze gepubliceerd? De manier waarop Fontys nu onderzoeksinformatie bewaart verschilt van lectoraat tot lectoraat. Een Fontysbrede systematiek ontbreekt, net als een centrale bewaarplek. Dit maakt het lastig om te achterhalen wie met welk onderzoek bezig is, zowel voor interne collega’s als voor collega’s van andere onderwijs- of onderzoeksinstituten en geïnteresseerden zoals journalisten.
Leonie Steenis, onderzoeksmanager van Kenniscentrum YES, en Hanna van Beelen, onderzoeksmanager van Kenniscentrum Leven Lang Ontwikkelen, weten daar alles van. Van Beelen: ‘Onderzoeksinformatie is omvangrijk. We houden deze informatie nu bij in verschillende systemen zoals Excelbestanden en websites. Daardoor is het lastig zoeken. Het zou handiger zijn als de informatie die we nodig hebben te vinden en bij te houden is in een centrale database.’
Centrale aansturing wenselijk
Uit een evaluatie van de kwaliteitszorg van het onderzoek in 2019 kwam als aanbeveling om het onderzoek meer centraal aan te sturen. Een onderzoeksinformatiesysteem speelt hier een belangrijke rol in, omdat het overzicht biedt op al het onderzoek dat wordt uitgevoerd. Daar wordt sindsdien hard aan gewerkt. Fontys heeft gekozen voor Pure, een systeem dat ook veel universiteiten en enkele hogescholen in Nederland gebruiken. Het gaat uiteindelijk veel tijd besparen, zegt Steenis. ‘Als we nu onderzoeksinformatie nodig hebben, bijvoorbeeld voor een jaarrapportage, dan is dat een tijdrovende klus. Je moet niet alleen informatie verzamelen maar deze ook nog analyseren en vervolgens erover rapporteren. Het kost al gauw twee werkweken tijd. Die kunnen we efficiënter gebruiken.’
Inhaalslag
Pure bespaart niet alleen tijd, maar is ook van waarde voor onderzoekers, vult Van Beelen aan. ‘De maatschappelijke vraagstukken worden steeds groter en complexer. Vaak zijn meerdere disciplines nodig om een vraagstuk op te lossen. Dan is het prettig als je snel kunt zien wie op welk terrein expertise heeft.’ Steenis: ‘Door Pure zullen we beter gevonden worden. De buitenwacht zal zien dat bij Fontys veel maatschappelijk relevant, praktijkgericht onderzoek wordt gedaan.’ Onderzoekers zien het belang van de hele operatie, aldus Van Beelen. ‘Wel zien ze op tegen de hoeveelheid werk. We hebben namelijk eerst een flinke inhaalslag te maken. Daarna zijn de onderzoekers zelf verantwoordelijk voor het vullen en bijhouden van het systeem.’
Vooruitkijken
Met Pure maakt Fontys volgens Steenis en Van Beelen niet alleen een inhaalslag, maar zet de organisatie vooral een stap vooruit. ‘Onderzoeksinformatie wordt beter vindbaar en bruikbaar, wat samenwerking vergemakkelijkt en de zichtbaarheid van Fontysonderzoek vergroot. Zo bouwen we aan een stevig fundament voor de toekomst.’