-
21 november
- Onderzoekend
Arian Steenbruggen: ‘Praktijkgericht onderzoek is juist nu keihard nodig’

Op het managementevent van 24 november ga jij spreken over “leidinggeven aan onderzoek”. Waarom dat thema?
‘In het hbo is het nog niet altijd vanzelfsprekend dat je een behoorlijke tijd van je werkweek aan onderzoek besteedt, naast je onderwijstaak. Op een universiteit is dat wel en zijn onderwijs en onderzoek met elkaar vervlochten. Er is leiderschap van iedereen nodig om onderwijs en onderzoek in het hbo, net als op de universiteit, meer hand in hand te laten gaan.
Het idee dat praktijkgericht onderzoek “een hobby voor erbij is”, is echt passé. We moeten er nu voor gaan staan.’
Waarom is praktijkgericht onderzoek juist nu zo belangrijk?
‘Praktijkgericht onderzoek is keihard nodig bij het beantwoorden van huidige complexe vraagstukken uit de maatschappij. Met alleen kennis vanuit fundamentele wetenschap los je wicked problems niet op. Er is al heel veel kennis beschikbaar ten aanzien van bijvoorbeeld de klimaatverandering. Maar hoe we die kennis gaan inzetten om daadwerkelijk tot bijvoorbeeld de klimaatdoelstellingen 2030 te komen, dat komt slecht van de grond.
Ik zie hier bij Fontys dat onderzoekers met een enorme bevlogenheid samen met studenten en het werkveld bezig zijn met oplossingen voor de grote transities die nu nodig zijn: energie, mobiliteit, circulaire economie. Zij brengen de wetenschap naar de praktijk. Je hebt daar de hele kennisketen bij nodig, ook het mbo overigens. Het onderzoek helpt bovendien om kennis van docenten en studenten en onderwijsprogramma’s up-to-date te houden.’
Onderwijsminister Robbert Dijkgraaf trekt 100 miljoen euro extra uit voor de doorontwikkeling van praktijkgericht onderzoek. Is dat genoeg?
‘Dat had misschien meer gekund en is nog niet in verhouding met wat universiteiten krijgen, maar het is wél een publieke erkenning voor het belang van praktijkgericht onderzoek. Daar kunnen we mee aan de slag, om praktijkgericht onderzoek verder uit te breiden en ervoor te zorgen dat het segment steeds groter wordt.
Zeker is dat het praktijkgericht onderzoek in de lift zit. Regieorgaan SIA, dat subsidies aan praktijkgericht onderzoek verdeeld, is de afgelopen jaren enorm gegroeid en ook vanuit Europese programma’s komt steeds meer geld richting praktijkgericht onderzoek, net als vanuit het NGF (groeifonds), de NWA (nationale wetenschapsagenda) en het KIC (topsectorenbeleid).’
Wat is jouw persoonlijke drive voor onderzoek?
‘Ik ben altijd al geïnteresseerd geweest in milieu en duurzaamheid en studeerde milieukunde en geologie. Uiteindelijk kwam ik erachter dat ik me niet op één stukje wilde richten, maar me met alles wilde bemoeien. Zo kwam ik in leidinggevende functies terecht. Mijn drive is om onderzoek en onderwijs te faciliteren.
Dat er iets moet veranderen, natuurlijk weten we dat al lang. Ik schreef dertig jaar geleden al over het stikstofprobleem voor mijn studie. We moeten nu de transitie maken, waarvoor het praktijkgericht onderzoek nodig is. Het moet nu echt gebeuren.’